Week van het geld
24
t/m
28 maart 2025

Artikel: Geld, wat is dat eigenlijk?

maandag, 13 januari 2025

Digitaal of contant geld? Sparen of uitgeven? En wat kost een bioscoopkaartje eigenlijk? In een les over financiële basisvaardigheden leren kinderen meer over geld.

meester wouter

Een les over geld, dat zien de 24 leerlingen uit groep 7 van basisschool Statenkwartier wel zitten. Meester Wouter geeft zelf de les, die afkomstig is uit het themapakket van de Week van het geld. Met allerlei stellingen, vragen en filmpjes enthousiasmeert hij zijn leerlingen na te denken over geld. Hoe ziet het eruit? Wat is het verschil tussen contant en digitaal geld? En wie zijn de fanatieke spaarders uit zijn klas?

Geldwaarde

Om te kijken wat de leerlingen al weten over geld, tovert meester Wouter alle muntjes en briefjes op het Digibord. “Wat valt jullie op?”, vraagt hij. “De briefjes en muntjes hebben verschillende kleuren”, merkt iemand op. Wouter vraagt: “Maar hoe weet je hoeveel een briefje of muntje waard is?” “Aan de getallen die erop staan”, zegt iemand voorin. Alice voegt toe: “Hoe groter het muntje, hoe meer het waard is!” Maar niet alleen euromuntjes en briefjes hebben een verschillende waarde, ook producten. Wouter toont afbeeldingen van verschillende artikelen, waaronder een brood en een bioscoopkaartje.

Hoeveel dat kost, dat vinden de leerlingen nog best lastig. Lizzy denkt dat een brood 4 euro kost, anderen gokken 2, 3 of 5 euro. Over het bioscoopkaartje verschillen de meningen ook. “11 euro!”, roept Flynn. Sophia denkt 12,50. Maar Jay denkt aan een veel groter bedrag: “54 euro!” De klas lacht, hij zit er een tikkie naast: het juiste antwoord is 13 euro.

Contant of digitaal geld?

Meester Wouter legt met een filmpje het verschil uit tussen contant en digitaal geld. “Contant geld kun je zien en voelen, digitaal geld niet, maar het heeft wel dezelfde waarde.” Veel leerlingen vertellen dat ze hun zakgeld op een bankrekening krijgen, maar ook vaak nog een spaarpot hebben. Wouter vraagt of ze geld liever contant of digitaal krijgen. Isabel kiest voor contant: “Dan zie je precies hoeveel geld je hebt.” Una en enkele anderen vinden digitaal handiger. “Dan hoef je niet al die muntjes en briefjes mee te nemen als je een groot bedrag moet betalen.” Quinten waarschuwt: “Maar als je je pinpas kwijt bent, kun je niet meer bij je geld.” Geld kwijtraken blijkt vooral een probleem bij contant geld. “Ik ben 2 euro verloren door een gat in mijn zak”, klinkt het achter uit de klas. Theo daarentegen was misschien iets te voorzichtig: “Ik had mijn geld een keer zo goed verstopt, dat ik het niet meer kon vinden!” Gegrinnik volgt.

Betalen, sparen of lenen

Meester Wouter leest een stelling op van het Digibord: “Stel, je krijgt 20 euro voor je verjaardag. Wat zouden jullie ermee doen: iets kopen of sparen voor later?” De meesten kiezen direct voor sparen. Axel krijgt de lachers op zijn hand: “Ik heb nu 44 euro, als ik 64 euro heb, dan ben ik rijk.” Juliette zou liever iets kopen: “Als ik iets leuks zie, koop ik het meteen, anders is het misschien uitverkocht.” Wouter geeft de klas een ander dilemma: “Wat als je 10 euro tekortkomt als je iets wilt kopen? Spaar je dan verder of leen je geld van iemand?” “Ik spaar liever wat langer, want je moet het toch terugbetalen”, reageert Lizzy. Hannah voegt toe: “Wat als je het niet kunt terugbetalen? Dan wilt diegene misschien je vriend niet meer zijn.” Wouter vraagt of ze zelf wel 10 euro zouden uitlenen aan iemand anders. Alice: “Ik zou het wel willen, maar 10 euro? Dat vind ik teveel.” Myro twijfelt: “Dat ligt eraan. Alleen wanneer ik zeker weet dat iemand het teruggeeft. Niet zoals Dagobert Duck, die dat nooit doet!” Daarna is het tijd om de lesstof creatief te verwerken via korte opdrachten en puzzeltjes uit het Doeboekje. Wat ze niet afkrijgen, kunnen ze later thuis doen. Duidelijk is dat de klas van geld al best veel weet, maar dat zo’n les toch weer nieuwe inzichten geeft. “Ik ben nog niet aan het sparen, maar na deze les ga ik wel beginnen!”, blikt Teun terug.

Voor- en nadelen van digitaal zakgeld

annette groenSteeds meer kinderen ontvangen hun zakgeld (deels) digitaal. “Al de helft van de 8 en 9-jarigen krijgt het zo”, aldus Annette Groen van het Nibud. “Ouders vinden dit soms spannend, omdat kinderen digitaal geld gemakkelijker uitgeven en het ze kwetsbaarder maakt voor oplichting. Slechts 21% van de ouders bespreekt met hun kind hoe je veilig digitaal betaalt.” Is digitaal zakgeld dan een slechte keuze? “Zeker niet”, benadrukt Groen. “Later komen ze ook in aanraking met digitale betalingen, dus het is belangrijk dat ze leren omgaan met een pinpas en bankapp.” Zo’n app helpt ze overzicht te behouden over hun inkomsten en uitgaven. Toch is ervaring met contant geld ook belangrijk. “Met contant geld leren kinderen beter de waarde van geld en producten begrijpen. Dit is lastiger bij digitaal geld, want elke betaling is in hun ogen dezelfde swipe met een pinpas.”

Meer lezen?

Dit artikel is gepubliceerd in de Geldspecial 2025. De Geldspecial is een vaktijdschrift ontwikkeld door Wijzer in geldzaken over financiële educatie en hoe hier aandacht aan te besteden in de klas. Het tijdschrift bevat praktijkvoorbeelden uit het onderwijs, inkijkjes in het leven van jongeren en inhoudelijke verdieping. 

De Geldspecial is bezorgd op scholen en online hier te lezen.

Deel deze pagina per e-mail
De link is per e-mail opgestuurd.